het sleurt je mee
in angsten en gedachten

in oordelen in overvloed
gevoed door berichten
verward door zoveel meningen
lamgeslagen door de veelheid aan indrukken
laat je je meevoeren
door de maalstroom van het leven
reageert als alle anderen
dag in dag uit
de stroom sleurt je mee
als het water
langs de uitgesleten oevers
van de rivier
of
als de uitgesleten paden
van de karresporen in het zand
de maalstroom van het leven
waarbij de dagelijkse gewoonten
gedachteloos aan je passeren
consument der consumenten
een met z'n allen
met z'n allen een
laat je meevoeren
om op het juiste moment de overhellende tak
boven de rivier te vatten
je te onttrekken uit de maalstroom
de kar te sturen
vanuit de uitgesleten paden
een andere richting op
om te genieten als nooit te voren
van al die momenten die je zielloos passeren
je te onttrekken van te veel
meningen en oordelen
om met meer energie
je eigen stroom te creeren
En als ik niet meer huil als ik de nevel zie boven de stille velden
Hoe de zon zijn stralen breekt uit gaten in de lucht
Hoe vogels strepen trekken in hun vlucht
Als ik daarvan niet meer huil, wil ik dan nog wel bestaan?
En als ik niet meer huiver als ik de kleuren zie
Hoe ze tot paars verglijden hoe de nacht de dag verdrijft
En plaats maakt voor de maan
Als ik de uilenkreet tot stilte hoor vergaan
als ik dan niet huiver wil ik dan nog wel bestaan
De beuk erin. De beuk erin.
Ik geef het toe zo heeft het allemaal geen zin.
De beuk erin. De beuk erin.
Alles moet weg en dat is pas het begin.
En als ik niet meer beef als ik jouw lichaam zie, de snelheid van je lach
Hoe één beweging van je hoofd je gemoed verraad
Hoe ieder ongesproken woord mij hier verloren achterlaat
Als ik daarvan niet meer beef, ach, wil ik dan nog wel bestaan?
De beuk erin. De beuk erin.
Ik geef het toe zo heeft het allemaal geen zin.
De beuk erin. De beuk erin.
Alles moet weg en dat is pas het begin.
En als ik niet meer vecht, als ik het strijden zie, de logica van het bestaan,
Hoe mensen in het overleven automatisch verder gaan
Het dodelijk geweld van geld trek ik mij niet meer aan.
Als ik daartegen niet meer vecht, waarom zou ik dan nog bestaan?
De beuk erin. De beuk erin.
Ik geef het toe zo heeft het allemaal geen zin.
De beuk erin. De beuk erin.
Alles moet weg en dat is pas het begin.
Ik meet alles wat ik zie aan wat ik eerder zag,
zodat ik nooit iets anders denk dan wat ik al dacht.
Zo gaat alles keurig net zoals ik had verwacht.
Alles veilig en bekend, nooit is er meer iets onverwacht.
Alles past, niets is te groot.
Ik hoef niet eens te overleven want ik ben al dood.
De beuk erin. De beuk erin.
Ik geef het toe zo heeft het allemaal geen zin.
De beuk erin. De beuk erin.
Alles moet weg en dat is pas het begin.
Alle uitgesleten paden in mijn hoofd moeten met de sloper mee.
Ik wil nu en alles anders, ik wil nooit meer als ik deed.
De beuk erin. De beuk erin.
Ik geef het toe zo heeft het allemaal geen zin.
De beuk erin. De beuk erin.
Alles moet weg en dat is pas het begin.